Experiment, Das
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:11:00
Het prikt een beetje.
:11:05
Raar. Het lijkt diep, maar geen bloed.
:11:07
Als het waar is wat u zegt,
waarom is hij dan dood?

:11:11
Wat heeft dat voor zin?
:11:14
Geen idee.
:11:16
Het ergste is wel dat ik
niet meer met hem kon praten.

:11:20
lk had hem vier jaar niet gezien
en kon niet meer met hem praten.

:11:24
Misschien was dat ook niet nodig.
:11:31
Hij was 65.
Hij heeft een mooi leven gehad.

:11:37
'Dora wees blij,
hij had een mooie dood.'

:11:40
Maar ik ben niet blij.
:11:43
lk ben er helemaal niet meer.
:11:51
Vaak gaat het leven niet verder.
Dat geeft niet.

:12:01
Kan ik ergens gaan liggen?
:12:08
Blijft u hier?
:12:11
Ja, ik ben hiernaast.
- Nee, ik bedoel hier.


vorige.
volgende.