Heist
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:38:05
Moet ik jouw deel daarheen sturen?
1:38:07
Maak het maar daarheen over.
Als je bent waar je heen wilt.

1:38:12
Dat zal ik doen, vriend.
1:38:13
Ik heb gehoord dat het daar fijn
is, in de zon

1:38:17
Ga ik daar naar toe?
1:38:19
Waar het ook is, broeder...
1:38:21
...kom niet terug.
1:38:31
Daar.
1:38:42
- Hoi, schat.
- Hoi.

1:38:44
- Het spijt me.
- Het is in orde. Wie was dat?

1:38:46
Een of andere vent,
wou een tip over een gevecht.

1:38:50
Heb je die gegeven?
1:38:51
Ik heb mijn hele leven gewerkt. Waarom zou ik
hem het voordeel van al mijn kennis geven?

1:38:58
Rijd maar aan.
1:39:35
Niets beter dan een goed plan, Joe.
1:39:40
Ja, ik zou mijn schoenen niet strikken
zonder een tweede plan.

1:39:45
Jammer van Pinky.
1:39:48
Het laatste stuk ging slecht, of niet dan?
1:39:51
- Ja, inderdaad.
- Dan is het de prijs daarvoor.

1:39:56
Dat is waar.
1:39:59
Het hoort er bij.

vorige.
volgende.