:31:12
Zuiver water.
:31:22
De lange handdoek ruikt heerlijk.
:31:25
Thibault is mijn neef.
Hij is familie.
:31:28
Ja ?
Ik ben er niet zo zeker van.
:31:30
Hij lijkt mij geen edelman.
:31:45
Kom hier. Het is dringend.
:31:47
Heel goede fontein.
:31:49
Je Franse verwanten baden
in het toilet.
:31:53
Jeezes.
:32:04
Tandenborstels.
Ik leg ze hier.
:32:08
Ik ben zo terug.
:32:16
Ik ga douchen en dan doe ik de keuken.
- Snel. We reserveerden om 8 uur.
:32:21
Waar gaan we ?
- Latour.
:32:25
Is dat niet te formeel voor onze gasten ?
- Je zegt me dat je neef 'n edelman is.
:32:30
Maar je wordt kwaad als ik suggereer
dat hij dat misschien niet is.
:32:34
En nu is 't beste restaurant
ook niet goed.
:32:37
Ik kan onmogelijk iets goeds doen.
- Je hebt gelijk. Latour is in orde.
:32:42
Bedankt, grote beer.
:32:45
Ik ga douchen.
:32:58
Heel goede smaak.