:26:00
	Je telefoon doet 't niet.
-lk heb geen telefoon meer.
:26:04
	Wie ben jij trouwens?
lk ken je niet eens.
:26:06
	Wel als we klaar zijn.
-lk ga niet.
:26:10
	lk pak je tas.
:26:13
	Wil je 'm zeggen dat ik niet ga?
Je had 't me beloofd.
:26:17
	Van mij mocht ie daarheen.
-ls dit alles?
:26:20
	Zeg 't hem nou, ma.
:26:25
	Hij blijft niet de hele zomer in Tahoe.
Laat ie me maar haten. En jij ook.
:26:32
	Laat ie me maar in m'n slaap
vermoorden. Geeft niks.
:26:35
	Sam logeert bij mij deze zomer.
Hij is mijn zoon. Hij is 16.
:26:41
	Mag ik je ook haten?
:26:44
	Doe maar wat je wil. ln de auto.
-Krijg de tering maar.
:26:52
	Luister naar me.
:26:55
	lk wil dat je dat ding uit je kin haalt.
:26:58
	Tepel- of navelpiercings gaan ook weg.
En geen make-up.
:27:02
	Geen lijm, pillen of wiet.
Je hebt je nogal impopulair gemaakt.
:27:08
	Dit kan 'n vreselijke zomer worden,
maar je verdient 't.
:27:12
	Pak je tas en stap in de auto. Nu.
:27:19
	lk zal je eeuwig haten.
:27:22
	Je hebt geen idee hoe erg ik
mijn vader haat. Familietraditie.
:27:39
	Hou je van knoflook?
Van knoflookbrood?
:27:43
	Knoflookbrood?