Made
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:20:01
De sfeer wordt echt geweldig.
Uw feestjes worden te gek.

:20:06
Het schiet helaas niet op.
:20:09
Waarom slaat u me ? Ik ben aan het
vegen, u hoeft me niet te slaan.

:20:14
Hebt u 'n paard ? Sla me niet.
:20:18
Hoe heet je ?
- Ik doe m'n werk.

:20:20
Hoe heet je ?
- Doet er niet toe.

:20:23
Hoe heet je ?
- Bob Rosigliano.

:20:28
Jij moet nablijven, Bob Rosigliano.
:20:30
Sla me niet met die zweep.
:20:33
Wat is dit nou ?
:20:38
Spreek je Engels ?
Ze zitten te ver uit elkaar.

:20:42
Dit moet veertig centimeter zijn.
:20:45
Het is 40, 6. Te ver uit elkaar.
:20:48
Dit is niet mooi.
- Ik ben metselaar, maar Arthur komt...

:20:53
Hoe heet je ?
- Bobby.

:20:56
Bobby hoe ?
- Bobby Rosigliano.

:20:59
Heet iedereen hier Bobby Rosigliano ?
- Hoe bedoel je ?

:21:04
Ik haal dit teak uit Bali.
Dit is 't kruidenrek.

:21:08
Bernardo ? Kunnen we er met Pasen in ?
- Je kunt erin als ik klaar ben.

:21:16
Waar gaat hij heen ?
:21:18
Wat doen al die lui hier ?
Ik snap er niks van.

:21:22
Kom, Adam. Adam, we gaan.
:21:30
Zag je dat, Bobby ?
Zoals ze naar me keek ?

:21:35
Ze wil met me neuken.
- Dat zag ik niet.

:21:37
Viel jou niks op ?
:21:40
M'n pieper. Ik moet bellen.
- Die is van de baas.

:21:44
Ik moet toch bellen.
Ik heb geen mobieltje.

:21:49
De kopers zijn er. Doe nou niet.
- Pas op, die flikker is er.

:21:54
Ik ga iets eerder weg.
- Ophangen, meteen.

:21:58
Nu meteen. Ophangen.

vorige.
volgende.