Shallow Hal
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:38:00
- Hoe heetjij, schoonheid?
- Cadence.

:38:03
Wat een mooie naam.
M'n oom heet ook Cadence.

:38:09
Ik zal je eens wat vertellen.
:38:13
Ik zet je pas
met sint-juttemis weer neer.

:38:17
Zet haar neer.
:38:21
Daar heb je juttemis.
:38:22
Wat doet hij hier?
Het is geen bezoekuur.

:38:26
We kwamen alleen even
de kinderen gedag zeggen.

:38:30
Leuk. Wegwezen.
:38:33
En stop de patiënten weer in bed.
:38:41
- Moeten we niet gaan?
- Let maar niet op zuster Zuurpruim.

:38:46
Zuurpruim.
:38:50
Willen jullie het kusspelletje spelen?
:38:56
Zal ik een fles halen?
:38:57
We pakken de lippenstift even.
:39:00
Lippenstift.
:39:03
We doen de lippenstift op
:39:07
en degene die hem is zoent net zo lang
tot hij er afkomt.

:39:12
Ik wil eerst.
:39:14
Dan wil ik als laatste.
:39:17
- Ze hebben toch niks besmettelijks, hè?
- Nee hoor.

:39:23
Dacht ik al.
Jullie zien er niet ziek uit.

:39:26
Aanstellers, net als m'n oom Cadence.
:39:28
Jullie willen gewoon niet naar school.
:39:32
Geef die lippenstift eens hier.
:39:36
Je was fantastisch.
Echt ongelooflijk.

:39:40
Veel mensen zijn huiverig
voor zo'n situatie.

:39:43
- Rosemary? Ben jij het?
- Dr Sayed. Hoe gaat het?

:39:47
- Goed. Wie is dit?
- M'n vriend Hal.

:39:50
- Aangenaam.
- Wees lief voor haar.

:39:55
Dat hebben die kinderen nodig,
een vreemde die niet bang voor ze is.


vorige.
volgende.