All or Nothing
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:24:00
Weet je het zeker ?
- Ja.

:24:02
Hoe zit het met je geld om eten te kopen ?
:24:04
Nee, het is goed.
Ik heb nog vijf pond.

:24:06
Ik geef het je terug.
:24:10
Bedankt, schat.
:24:12
Welterusten.
- Goedenacht.

:24:40
Ik had gewoon een
halve tank moeten tanken.

:24:46
Het is vrijdag morgen.
:24:48
Ja, weet ik.
:24:50
Het is geen goede
week voor me geweest.

:24:54
Voor jou wel ?
:24:56
Nee.
:25:00
Heb jij wat over ?
:25:04
Ja, een beetje.
Maar het is nooit over, hé ?

:25:09
Mag ik wat lenen ?
:25:14
Ik betaal het terug
in het weekend.

:25:18
Waarom sta je 's ochtends
niet vroeger op ?

:25:21
Dan rijd je mensen naar hun werk,
of naar het vliegveld.

:25:24
Ik begrijp wat je bedoelt.
:25:29
Het zit beneden in mijn tas
in de fietsmand.

:25:31
Zal ik het eruit nemen ?
- Nee, breng het naar boven.

:25:48
Een briefje van tien is genoeg.
:25:55
Bedankt.
:25:58
Heb je ook kleingeld ?

vorige.
volgende.