1:16:01
	kocht ik...
1:16:03
	elke woensdag de L. A. Times...
1:16:05
	voor jouw column.
1:16:08
	Die las ik dan in het park.
1:16:10
	Daardoor voelde ik me..
1:16:13
	dichter bij jou.
1:16:19
	Wil je iets drinken?
1:16:22
	Koffie?
1:16:23
	Wodka?
- Nee.
1:16:24
	Ik wilde die karbonaadjes.
1:16:26
	Ik zei je toch dat we hadden
moeten blijven eten.
1:16:27
	Hoe kun je hier nou
grappig over doen?
1:16:29
	Omdat ik helemaal gek zou worden.
1:16:33
	Sid, ik weet het niet.
1:16:35
	Ik zal later wel instorten.
1:16:37
	Week je wat?
Ik... Ik...
1:16:39
	Ik ben blij dat ik het nu weet.
1:16:41
	Ik denk dat ik altijd
eigenlijk al wist...
1:16:44
	dat wij niet bij elkaar hoorden.
1:16:46
	Ja?
1:16:48
	Wanneer kwam je daar achter?
1:16:51
	De avond voor het huwelijk.
1:16:55
	Ergens tussen het moment
dat ik het huis uit ging...
1:17:00
	en...
1:17:03
	de trouwerij.
1:17:05
	Maar ik zette het van me af.
1:17:07
	Omdat ik verdomme een prachtige vrouw
had die smoorverliefd op me was.
1:17:12
	Dus ik heb al die gevoelens...
1:17:14
	weggestopt,
1:17:16
	omdat nu eenmaal bijna niemand
met zijn ene grote liefde kan trouwen.
1:17:21
	Dat was een hele lastige situatie.
1:17:24
	Ken jij...
1:17:26
	iemand die dat ook heeft meegemaakt?
1:17:30
	Nee, ik niet.
1:17:31
	Nee?
1:17:32
	Maar...
1:17:34
	ik ken wel iemand die...
1:17:36
	heel lang met deze jongen
bevriend is geweest en...
1:17:40
	zij dacht misschien dat het
meer was dan gewoon...
1:17:43
	vriendschap, maar...
1:17:45
	er overkwam haar iets, toevallig
net voor jouw huwelijk.
1:17:49
	Ja?
1:17:51
	En... zij realiseerde zich dat het niet
meer was dan gewoon vriendschap.
1:17:55
	Niets?
1:17:56
	Niets.
1:17:57
	Gewoon vrienden?
1:17:58
	Gewoon vrienden.