:33:08
Shhhh...
:33:17
Ben je ok?
:33:21
Mama is hier.
:33:24
Zie je wel.
:33:25
Ik heb een aanval gehad.
- Ja?
:33:31
Ik had geen medicijnen.
- Ik weet het.
:33:34
Ik nam het medicijn hier mee naar toe.
:33:35
Waar was je?
:33:38
1,2,3.
:33:41
Nog een keer.
:33:43
Zo gaat het goed.
:33:44
Alles gaat goed komen, ok?
:33:52
Laat eens zien, Ok.
:33:55
Alles goed?
:33:56
Ze stierf bijna. Ze maakte
me wel aan het schrikken.
:33:59
Ze heeft medicijnen.
Het gaat goed met haar.
:34:02
Ze is maar een kind.
:34:03
Nee, dat is ze niet.
Dat is ze niet.
:34:07
Ze is gewoon een klein meisje.
:34:09
Ze is een gewoon een klein dokters meisje.
:34:10
En we hebben haar een pil gegeven.
:34:12
Alles is in orde, begrijp je dat?
:34:14
Het klinkt hetzelfde.
:34:16
Het is niet hetzelfde, Marvin.
:34:26
Heeft hij je pijn gedaan?
:34:26
Nee.
:34:27
Nee? Hij heeft je geen pijn gedaan?
:34:33
Ik weet het, baby.
:34:33
Ik wil dat je naar huis gaat.
:34:38
Nog even,oke?
En ik kom je weer ophalen.
:34:42
Trek je kleren aan.
:34:47
Is hij aardig, Abby?
:34:48
Ja.
:34:50
Waar houd hij je vast?
:34:52
In een optrekje.
:34:53
Een optrekje?
:34:54
Ja.
:34:55
Is het hier ver vandaan?
:34:56
Nee, niet zo ver.
:34:58
Nee?
:34:59
Heeft hij een geweer?