1:27:00
Sorry, bent u Rena Gruschenko?
1:27:03
Gruschenka. Jij van vreemdelingendienst?
Ik heb een verblijfsvergunning.
1:27:07
Ik heb deze hele vuilnisbelt
afgezocht naar je.
1:27:12
Jij moet Astrid zijn. Ik ben Susan Valeris,
de advocaat van je moeder.
1:27:21
Sigaret?
1:27:25
Ik weet niet waarom ik niet stop.
- Dat weet ik wel.
1:27:28
Alle gevangenen roken, dus
je kunt er hun een aanbieden
1:27:32
Je moeder is trots dat
je je school afmaakt.
1:27:35
Binnenkort slaag je. Heb je al
toekomstplannen gemaakt?
1:27:40
Ik wil misschien advocaat
strafrecht worden.
1:27:44
Echt?
1:27:45
Of dat of hoer of vuilnisvrouw.
1:27:50
Je moeder zei al dat je moeilijk was.
1:27:53
Dat weet ma het best.
- Je hebt heel veel meegemaakt.
1:27:57
Drie pleeggezinnen, die schietpartij,
de zelfmoord van je pleegmoeder.
1:28:02
Ik begrijp dat jullie close waren.
1:28:04
Heeft u uw client gevraagd naar
haar betrokkenheid daarbij?
1:28:08
Je kunt haar niet beschuldigen van de dood
van een vrouw die ze één keer gezien heeft.
1:28:13
Ik beschuldig haar wel, Susan.
1:28:15
Dat is nogal cynisch, Astrid.
1:28:18
Je wilt dus dat ik voor haar
lieg voor de rechtbank?
1:28:23
Waarom haat je haar, Astrid?
1:28:27
Omdat je denkt dat zij een
moord heeft gepleegd?
1:28:30
Of omdat je je alleen gelaten voelt?
1:28:32
Praat met haar. Mensen kunnen veranderen.
1:28:37
Je moet eens weten hoe ze over
je praat. Ze maakt zich zorgen.
1:28:43
Ze vroeg me uit te zoeken
of je nog iets nodig hebt
1:28:46
Collegegeld? Een auto?
1:28:49
Ze heeft geld. Vertel me wat je wil.