Arven
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:09:08
Ik was zo verliefd op je.
:09:15
Waarom heb je me verlaten?
:09:20
Ik was niet verliefd op jou.
- Nee, inderdaad niet, domkop.

:09:30
Denk je niet dat we samen een
goed leven hadden kunnen hebben?

:09:33
Ik heb een goed leven.
:09:38
Van harte gefeliciteerd, dan.
:09:47
EEN JAAR LATER
:10:00
Hij is zo mooi en klein.
:10:04
Pak jij de tas?
:10:07
Hij lijkt op zijn moeder, niet?
:10:18
Nu heb je het hele huis gezien.
:10:25
Moet je 'm zien geeuwen.
:10:45
Hij is moe.
:10:48
Hij moet zijn opa zien.
Kijk, dat is Nils.

:10:52
En dat is Holger.

vorige.
volgende.