1:05:01
Wilt u zo vriendelijk zijn?
- Is dat wel een goed idee?
1:05:03
We hebben een volwassen gesprek
waar de kinderen niets over hoeven te weten.
1:05:06
Eventjes maar. Alstublieft.
- Natuurlijk. Dat is wat anders.
1:05:11
Ik controleer de achtertuin.
- Ik ga naar boven.
1:05:13
Ik controleer de kelder.
1:05:16
Hebben we een kelder?
1:05:43
We moeten de was nog doen.
1:06:00
Ze hebben hem verdampt.
1:06:05
Hij kan niet ver zijn. Ik bel de politie.
1:06:07
Ik bel z'n ouders.
- Als hij Betazoid was, kon ik hem voelen.
1:06:14
Wie is dat?
- Ik weet het niet. Hoe heet je?
1:06:18
Tony.
1:06:21
Flash heet Tony.
- Eigenlijk heet Flash, Wally West...
1:06:32
Waarom heb jij je Flash pak niet aan?
- Ik wil Flash niet meer zijn.
1:06:36
Nee? Wie wil je dan zijn?
- Tony.
1:06:40
Hoor je dat? Hij wil Tony zijn.
1:06:42
Dat is leuk. Jij wilt Tony zijn.
Dat is prachtig.
1:06:46
Tony, neem een koekje.
1:06:49
Wat zeg je nu? Ik hou wel van je.
Ik ben gewoon niet verliefd op je.
1:06:54
Vijftien maanden therapie,
nu sta je hier?
1:06:56
Dat is het domste wat ik ooit heb gehoord.