1:04:02
Ik heb begrepen dat er weer
drie kinderen bij zijn gekomen.
1:04:06
Ja. We hebben er nu veertien.
1:04:08
We hebben drie volwassenen,
dus zitten we nog boven de norm.
1:04:11
Klopt. Maar nu speelt er iets anders.
1:04:14
Charlie, kan ik je even spreken?
1:04:16
Meneer Kubitz, excuseer me een ogenblikje.
Ik moet dit even doen.
1:04:19
Neem een koekje.
- Bedankt.
1:04:21
Wat is er aan de hand?
1:04:30
Wat is er?
- Flash is weg.
1:04:32
Hoe bedoel je, weg? Waarheen?
- Ik kan hem niet vinden.
1:04:35
Heb je overal gekeken? In de garage?
- Overal.
1:04:38
Wat moeten we doen?
1:04:40
Is er een probleem?
- Zeker niet, meneer Kubitz.
1:04:43
We hebben het over...
1:04:45
Oké, want als het...
- Geen probleem. Waarom gaat u niet...
1:04:48
Kinderen. Dit is onze
goede vriend meneer Kubitz.
1:04:51
Zeg hallo.
- Hallo, meneer Kubitz.
1:04:54
Hallo, kinderen.
1:04:56
Zou het niet leuk zijn als
meneer Kubitz met jullie speelde...
1:04:58
terwijl wij iets belangrijks bespreken?
1:05:01
Wilt u zo vriendelijk zijn?
- Is dat wel een goed idee?
1:05:03
We hebben een volwassen gesprek
waar de kinderen niets over hoeven te weten.
1:05:06
Eventjes maar. Alstublieft.
- Natuurlijk. Dat is wat anders.
1:05:11
Ik controleer de achtertuin.
- Ik ga naar boven.
1:05:13
Ik controleer de kelder.
1:05:16
Hebben we een kelder?
1:05:43
We moeten de was nog doen.