1:20:01
Nou, wij moeten gaan.
1:20:03
We gaan weg.
We moeten. . .
1:20:05
Ja.
1:20:06
Onzin!
1:20:07
Je hebt die vrouw uit een brandend
huis gered.
1:20:09
Je breekt haar hart als je geen
gedag zegt.
1:20:12
Kom op!
1:20:14
Mevr. Connelly,
ik heb een verrassing!
1:20:17
Mevr. Connelly!
1:20:20
Het gehoor van haar.
1:20:22
Kijk eens wie er is.
Ze slaapt.
1:20:26
Schattebout.
1:20:31
Ze is zo stijf als een plank.
1:20:33
Nee.
Ze is gewoon hard horend.
1:20:37
Mevr. Connelly!
1:20:46
Ze is dood.
1:20:49
Oh, het arme ding.
1:20:51
Nee.
1:20:53
Ze kan niet dood zijn.
1:20:55
Ik denk dat haar tijd gekomen is.
1:20:59
Kom op, ik roep de Friedmans.
1:21:02
Jullie hoeven hiervoor niet te blijven.
1:21:04
Kom.
Kom, kom, kom.
1:21:09
Zal de opwinding geweest zijn.
1:21:34
Ik kan het niet geloven.
1:21:36
Ze bruiste van het leven.
1:21:40
Ik bedoel, ondanks onze mening
verschillen,
1:21:43
die oude dame zat vol pit.
1:21:48
Een hele hoop.
1:21:51
Denk je dat ze in de hemel is?
1:21:55
Nou, ik zal je zeggen.
1:21:56
Waar ze ook is, ze is op een beter plek.