Out of Time
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:40:03
Wist je dat ze als tandarts assistente
voor ene Dr. Shider werkte?

:40:06
Echtwaar? - Ja.
- Nee.

:40:08
Ik ga hem bezoeken. Wil je mee?
- Oké.

:40:13
Oké. Bedankt.
:40:16
Dus ze nam gisteren ontslag?
:40:17
Min of meer.
Anne Merai had terminale kanker.

:40:21
Echtwaar?
- Ja, ze hield het voor zichzelf.

:40:25
Is er nog iets wat u ons kunt vertellen?
:40:29
Ik denk dat ze een verhouding had.
:40:32
Heeft ze je dat verteld?
:40:36
Wij praatten niet veel.
Alleen over algemene dingen...

:40:42
maar die indruk kreeg ik.
:40:44
Soms, als ze telefoneerde, sprak ze zachtjes.
- Fluisteren?

:40:52
Heb je hem ooit gezien.
Of heeft ze ooit verteld wie het was?

:40:58
Nee.
:41:00
Maar hij had klasse. Verleden week
kreeg ze een bos bloemen van 'Rosies' vandaan.

:41:06
Het was prachtig.
Weet je nog, Bruce?

:41:10
Ik heb haar man eens ontmoet en hij leek me niet het type ervoor.
- Juist.

:41:18
Rosie?
Met Chef Whitlock.

:41:22
Luister, wij proberen uit te zoeken of er verleden week
bloemen zijn gestuurd naar Anne Merai Harrison.

:41:27
Naar haar kantoor gestuurd.
:41:30
Ja, Harrison. Wil je even kijken
wie die opdracht gegeven heeft?

:41:38
Chris Harrison.
- Haar man.

:41:41
Bedankt, Rosie. Nee, dat is alles.
Dank je, Rosie.

:41:46
Als u wilt bellen...
:41:50
Ben je klaar?
:41:53
Ik denk van wel.
:41:55
Goed. Bedankt voor je hulp.
- Graag gedaan.

:41:59
Dr. Shider, als u nog iets te binnen schiet.
Hier is mijn kaartje. Bedankt.


vorige.
volgende.