Thirteen
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:13:17
In die broek zonder zakken
zie je er beter uit.

:13:20
Ik probeerde je te bellen, maar
ik zou hier toch al heenkomen, dus...

:13:26
Mijn telefoon ging niet.
:13:35
Eet smakelijk, schatje.
:13:37
Verdorie. Ik heb maar
tien dollar bij me.

:13:44
Wat?
:13:59
Ik ga wat water drinken.
:14:03
Mislukkeling.
:14:10
Wat?
Waar heb je het over?

:14:12
Nee.
Wacht even.

:14:15
Ik zal je het nummer geven.
Eén momentje.

:14:18
Ik zou je het nummer niet moeten geven.
Je zou het moeten hebben.

:14:21
Nee. Hij heet Alberto.
:14:23
Ik weet het niet.
Het is iets met vijf vijf drie of zo.

:14:27
Alberto. Ik weet het niet.
:14:30
Vergeet niet dat je
voor mij werkt.

:14:33
Er komen 35 mensen vanavond.
Dit is onaanvaardbaar.

:14:36
Ik moet de kachel aan de
gang krijgen.

:14:38
Ik moet alles daar hebben.
:14:40
Nee, dit klopt niet.
Even zien. Momentje.

:14:43
Het is vijf vijf drie...
:14:46
Het is niet slecht voor
een half uurtje.

:14:49
De verkopers zagen het niet.
- Hé, jongens.

:14:52
Jongens...
- Wacht, wacht. Kijk.

:14:54
Jongens, ik heb dit
gewoon net gestolen.

:14:57
Dat meen je niet.
- Van die vrouw daar.


vorige.
volgende.