Thirteen
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:16:01
Je bent helemaal uitgeteld.
1:16:03
Je bent nog verder dan
helemaal uitgeteld.

1:16:06
Kayla en ik slapen in een tent.
1:16:08
Ze is door iedereen misbruikt
die eigenlijk voor haar had moeten zorgen.

1:16:13
Ik moet haar helpen.
- Nee, mam, kom op. Dat weet je niet.

1:16:16
Ik bedoel, Jezus.
1:16:19
Hoe zie we eruit, lieverd?
1:16:25
Jongens, zeg eens gedag tegen mijn achterste.
1:16:29
Ik wil spelen. Ik wil spelen.
- Oké.

1:16:35
Wat is er met je lip gebeurd?
- Niets, mam. Ik heb erop gebeten.

1:16:40
Is dat mijn riem, Evie?
1:16:53
Mason, heb jij een fotorolletje?
1:16:55
Wil je een foto van ons maken?
- Nee, Evie, dat wil ik niet.

1:16:59
Oké, jongens.
1:17:01
Vandaag is de grote dag. Jullie hebben
goed gewerkt. Dit ziet er allemaal...

1:17:07
Wat?
1:17:13
Wacht. moet het vandaag af zijn?
1:17:15
Jullie hadden me wel even kunnen bellen
dat het vandaag af moest zijn.

1:17:18
We hebben berichtjes ingesproken.
- En een briefje op je garderobekastje.

1:17:23
Onze telefoon is afgesloten,
alleen omdat we...

1:17:26
familieproblemen hebben.
1:17:28
Mijn oma is overleden.
1:17:31
Ga naar de adviseur, Tracy.
Zij zal met je moeder praten.

1:17:35
Nu.
1:17:39
Hou daarmee op, jongens.
1:17:54
Dus...
1:17:56
je wilt gewoon naar de promenade gaan
om wat praatjes te verkopen?

1:17:59
Ik kan niet. Ik ben laat
voor mijn biologie...


vorige.
volgende.