1:27:22
Hoe staat het ervoor?
1:27:25
Weet je al iets?
1:27:27
- Waar is hij?
- Wat?
1:27:30
Je hebt Eden Ross gevraagd
om anagress te brengen.
1:27:35
lkheb je gewaarschuwd. Bij
die meiden gaat de carriére voor.
1:27:40
- Waar is hij nu?
- lk zou het niet weten.
1:27:44
Hij belde een uur geleden
dat hij z'n tabletten wilde.
1:27:48
Hijzou me bellen
voor een ontmoetingsplek.
1:27:52
De test is voorbij.
1:27:54
Hij heeft Norton niet vermoord. Dat was
Caputo.Ze hebben zijn auto gezien.
1:28:00
Joe Monroe hoeft niet dood.
1:28:05
Anagress werkt.
Hij heeft het nodig.
1:28:08
Anagress werkt niet.
1:28:10
- Het werkt wel.
- Nee, niet waar.
1:28:14
De andere proefpersonen zijn overleden
omdat hun lever het begaf.
1:28:19
Maar hij mankeert niets.
1:28:22
Hij krijgt een placebo.
1:28:26
Hij behoort tot de controlegroep.
1:28:29
Hij krijgt suikertabletten. Anders
was hij nu allang dood geweest.
1:28:35
- Maar dat is onmogelijk.
- Je wist dat't een mogelijkheid was.
1:28:41
Ja, maar uit alle analyses blijkt
dat hij wel degelijk...
1:28:46
Dat is het placebo-effect. Het kan
alle denkbare ziektes overwinnen.
1:28:52
Zelfs tumoren kunnen zo verdwijnen.
1:28:56
Maar jij weet ook dat het
placebo-effect uiteindelijk verdwijnt.