:48:00
Het hele idee, alles wat we aan het doen zijn.
:48:04
Ik moest er even aan wennen.
Ik was er nog niet mee vertrouwd.
:48:09
Als jij verder nergens rekening mee hoefde
te houden, zou ik het nog steeds stom vinden.
:48:12
Maar je hebt nu een gezin, vooral nu...
:48:15
zou het idioot zijn om iets te riskeren.
:48:17
Dat weet ik.
- Ik weet dat je dat weet, maar je moet...
:48:20
Ik weet het, oké?
:48:25
Jij smerige kleine...
Ook als je hem ziet, niet zeggen.
:48:29
Ik kan er niets aan doen als ik het niet weet.
Ik hoop dat ie gewoon wegloopt.
:48:32
Wat doen we dan hier?
:48:34
Ze maakt zich zorgen om de kat.
Dus zoek de kat. Dat doe je hier.
:48:47
Ik weet het niet.
- Wat bedoel je?
:48:49
Het is vernederend dat de man van de opslag
ons samen naar binnen ziet gaan...
:48:52
maar hij ziet ons nooit vertrekken.
:48:54
Wat zou de man bij de receptie denken...
:48:56
van twee mannen die elke dat
een kamer voor zes uur nemen?
:49:03
Heb jij deze stekker eruit getrokken?
:49:08
Heb je je GSM bij?
:49:11
Mag ik kijken wie er belt?
:49:15
Ja, we zijn niet terug.
:49:18
Maar je kunt hem niet mee terug nemen.
:49:28
Daar ben ik niet. Ik moest mee de stad in
om iemands handje vast te houden.
:49:33
Vertel.
:49:35
Klinkt goed. Nee, ik moet met die
flikkers van de buitendienst eten.
:49:38
Bewaar mijn portie maar,
dan eet ik het straks wel op.
:49:41
Oké. Zes uur.