1:41:00
Mijn vrouw heeft me verlaten.
1:41:04
Het gaat wel.
1:41:11
Ja, oké.
1:41:14
Ik zie je dan. Doei.
1:41:24
Waar is mijn vrouw?
1:41:27
lk weet het niet.
- Lieg niet tegen me.
1:41:32
Jezus.
1:41:37
Christus.
1:41:39
Ik sloeg je met de platte hand.
Met de platte kant van mijn hand.
1:41:43
Jij trekt je vuist samen,
en slaat me op mijn neus?
1:41:45
Het spijt me.
Marion zei dat je dan zou stoppen.
1:41:49
'Marion zei'?
Als ze denkt dat ze een kans heeft...
1:41:53
dat ze de voogdijschap over Ruth krijgt,
heeft ze het mooi mis.
1:41:56
Ze verwacht niet de voogdijschap
over Ruth te krijgen.
1:41:59
Ze is niet van plan het te proberen.
1:42:02
Heeft ze je dat verteld?
- Ze heeft me alles verteld wat ik zeg.
1:42:11
Wat voor moeder probeert niet de
voogdijschap over haar dochter te krijgen?
1:42:19
lk weet het niet.
Dat zei ze niet.
1:42:29
Oké.
1:42:34
Verdomme.
1:42:37
Waarom moest ze alle foto's
meenemen? Er zijn negatieven.
1:42:41
Ze had de negatieven mee kunnen nemen,
en zelf afdrukken kunnen laten maken.
1:42:44
Ze heeft de negatieven ook meegenomen.
1:42:48
Echt niet.
- Kijk zelf maar.
1:42:56
Ze kan niet de foto's
én de negatieven hebben.