:30:02
Maar ze vond nooit wat goed.
:30:06
Zou ze mij goed vinden?
:30:09
Gelukkig hoef je haar niet te ontmoeten.
:30:13
Eigenlijk, nu je het zegt...
Dat is geen slecht idee.
:30:20
Nou we getrouwd zijn,
moet je haar zeker ontmoeten.
:30:27
En vader ook. Laten we meteen gaan.
:30:30
Een fantastisch idee.
Waar liggen ze begraven?
:30:35
Wat is er?
- Ze zijn niet van hier.
:30:38
Waar zijn ze dan?
:30:41
Leven ze nog?
:30:43
Ik ben bang van wel.
- Dat is een probleem.
:30:45
Wat is er, Scraps?
:30:48
Nee, dat gaat niet.
:30:51
Nou, op die manier...
- Wat?
:30:55
Wijze Gutknecht.
:31:06
Stil, Scraps. Wijze Gutknecht?
:31:10
Bent u daar?
:31:15
Hallo? Iemand thuis?
:31:31
Daar bent u.
:31:34
En daar ben jij.
:31:36
Dit is m'n man, Victor.
- Is dat jouw man?
:31:42
Leuk u te ontmoeten, meneer.
:31:45
We moeten naar boven,
naar het land van de levenden.
:31:50
Het land van de levenden?
:31:54
Lieve hemel.
- Alstublieft, wijze Gutknecht.
:31:58
Waarom wil je daarheen
als iedereen hierheen komt?