Indringer, De
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:42:14
Is dat nu niet vreemd?
:42:16
Ik vertel hier grote leugens
en jij reageert niet.

:42:28
Ik heb het een en ander
over je gehoord, Charlotte.

:42:32
Je wilde je naam niet zeggen
omdat je niet terug naar huis wilde.

:42:37
En geen woord
over die achttien maanden.

:42:45
Dat is niet gemakkelijk, hé?
Anderhalf jaar van je leven doodzwijgen.

:42:55
Zo'n geheim leidt een eigen leven.
Dat groeit.

:42:58
Dat wil naar buiten.
:43:01
En je bent vast bang dat je het vroeg
of laat aan iemand zult vertellen.

:43:05
Dat kan mij allemaal niet schelen.
Op één ding na.

:43:08
Elk feit dat met mijn dochter
te maken heeft, wil ik van je horen.

:43:13
Ik ga niet weg. Waar je ook kijkt,
ik sta er. Tot in je dromen.

:43:18
Ik heb je dochter nooit gezien.
- Je hebt haar wel gezien.

:43:23
Ik had 'n bed nodig om in te slapen.
:43:25
Godverdomme, je hebt 'r gezien.
Je hebt haar herkend.

:43:29
Ja, ik heb haar herkend.
Ik heb geknikt naar haar foto.

:43:34
Je had jezelf eens moeten zien.
:43:37
En ik kreeg haar kleren. Wie weet
wat ik nog meer had kunnen vragen.

:43:42
Dus je hebt haar niet gezien?
- Nee.

:43:48
Sorry, oké?
:43:55
Was dat het?
:43:58
Dan ben ik weg.

vorige.
volgende.