Millions
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:31:02
Je moet het snel wisselen.
:31:14
Denk je dat het genoeg was?
- Meer dan genoeg.

:31:18
Die heeft wat hij wil.
:31:21
Heb je nog iemand geld gegeven?
- Niet echt.

:31:48
Wat?
:31:53
Het was niet zoveel.
Ongeveer een volle zak.

:32:02
Wat is dat?
- Een scuba-scooter.

:32:05
Hij haalt vijf uur lang 15 km/u.
:32:08
We kunnen er elk een kopen.
:32:11
Een hele vloot zelfs.
:32:13
Zij mag er zijn.
:32:15
Ik heb al beter gezien.
Doe de deur dicht.

:32:28
Kijk, je ziet het steken.
:32:30
Wat is het?
- Een tepel.

:32:32
Waarvoor dient het?
:32:35
Om baby's eten te geven.
:32:38
Had mama er een?
- Twee, ze hebben er allemaal twee.

:32:42
En gaf ze er ons eten mee?
- Natuurlijk, ik weet het nog.

:32:46
Dat kun je je toch niet herinneren?
:32:49
Ik herinner het niet bij mij,
maar wel dat ze het bij jou deed.


vorige.
volgende.