Tamara
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:13:11
Wat ben jij vroeg.
- Laat maar.

:13:14
De voorraadkast moet schoon.
- Straks. Ik heb een rotdag gehad.

:13:19
O, en ik zeker niet, verdomme.
:13:30
Je gelooft het nooit, maar Tamara
wilde Mr Natolly versieren.

:13:35
Ze wilde hem zoenen,
maar hij wees haar af.

:13:38
Je houdt me voor de gek.
:13:41
Hij zei: Ooit vind je jouw plekje
in de wereld.

:13:50
Het wordt tijd om die loser
een lesje te leren.

:14:03
Wat scheelt eraan?
:14:07
Niks.
:14:11
Liefje, wat is er?
:14:13
Tamara is verliefd op me.
:14:17
Het komt wel goed.
Ze schaamt zich dood.

:14:21
Weten die meisjes dan niet dat ze
niet tegen een echte vrouw op kunnen?

:14:30
Ik heb een nieuwtje
waar je misschien van opvrolijkt.

:14:34
We moeten thuis
maar 's gaan schilderen.

:14:38
Hoe bedoel je?
:14:41
Misschien roze, of blauw.
:14:45
Meen je dat nou?
:14:48
Ik geloof dat het eindelijk gelukt is.
:14:52
Wat fantastisch.
:14:58
Daar heb je hem.

vorige.
volgende.