:53:19
Waar ben je mee aan het lachen, jongedame ?
:53:23
- Wat scheelt er ?
- Tandpijn.
:53:26
- Wat ?
- Tandpijn.
:53:28
Tandpijn ?
:53:32
Je bedoelt dat je tandpijn hebt.
:53:35
- Wat is daar zo grappig aan ?
- Jij bent grappig.
:53:38
- Er hangt vuil op je gezicht.
- Geen vuil, modder.
:53:40
Moet je wat warm water hebben ?
Ik woon hier vlakbij.
:53:43
Wat zeg je ?
:53:46
Ik vroeg of je wat warm water wilde...
:53:48
ik zou je wat water kunnen bezorgen...
warm water.
:53:56
Oké, bedankt.
:54:12
Ziet ik er al wat beter uit ?
:54:14
- Dit medicijn help helemaal niet.
- Ik moet je gedachten wat verzetten.
:54:23
Excuseer, maar mijn huisbazin
wil dat ik deze deur open laat...
:54:26
- ... als ik een man op bezoek heb.
- Oké.
:54:27
Je hebt geen tandpijn, hé ?
:54:29
- Jawel hoor.
- Probeer anders nog eens met mij te lachen ?
:54:32
- Wat ?
- Ik ben nog steeds grappig.
:54:34
Ik weet het wel maar je wilt niet echt
dat ik met je lach.
:54:37
Ik wil ook niet dat je tand pijn doet.
:54:39
Kijk eens naar mij.
:54:41
Zie je dat ?
:54:42
Wat ben je aan het doen ?
:54:43
Ik wiebel met mijn twee
oren tegelijkertijd.
:54:48
Goed zo, lachen.
:54:52
Ik had er twee volle jaren voor nodig
aan de beste jongensschool om dit te leren.
:54:56
De kerel die me dit leerde
is nu president van Venezuela.