:21:02
Je hebt niet gezegd hoe je heet.
- Liddie.
:21:05
Liddie? Als je het niet erg vindt,
noem ik je Lydia.
:21:14
Dat is mooi.
:21:20
Morgen krijg je een mooie jas van me.
:21:23
Een mooie, blauw met gele zigeunerjas.
:21:26
En laarzen en een scheermes.
:21:29
Het scheermes was van
mijn tweede man.
:21:32
Dank je. Je man? Waar is hij?
:21:36
Vermoordde 'n gadze. Werd opgehangen.
- Mooi. Ik bedoel, arme vent.
:21:44
Mooi, hè?
:21:48
Slaap hier maar.
Trek je laarzen uit.
:21:55
Lydia, wat is een gadze?
:21:59
Lemand die geen zigeuner is.
:22:04
Gadze klinkt als een vloek.
:22:06
Dat is zo, behalve als ie blauwe ogen
heeft en je geluk brengt.
:22:12
Ik kan mezelf wel uitkleden, hoor.
:22:22
Dit is comfortabel.
:22:25
Erg prettig zelfs.
:22:28
Wat ben ik moe.
Ik begin oud te worden.
:22:31
Nee. Je bent jong en sterk...
:22:35
...en je bent mijn knappe man.
:22:38
Alsjeblieft, je handen.
:22:40
Kun je niet op ze gaan zitten?
:22:44
Ik denk dat ik maar
bij het vuur ga slapen.
:22:46
Nee, buiten. Ik blijf op de uitkijk.
Bij de rivier.
:22:49
Waarom?
- De Nivashi.
:22:53
Pardon?
- De Nivashi en de Pavushti.
:22:57
De watergeesten.
- O ja. De elfjes.