1:25:02
	Denkt u dat hij schuldig is?
1:25:05
	Zeker weten.
1:25:09
	En u?
1:25:13
	Nee.
1:25:15
	U hebt me overtuigd. Niet schuldig.
1:25:18
	- Wat maakt u me nou?
- Er bestaat voldoende twijfel.
1:25:22
	- Het is elf tegen een.
- En al het andere bewijs dan?
1:25:25
	Hoe zit het met dat mes? En de rest?
1:25:28
	U hebt zelf gezegd dat we dat
buiten beschouwing moesten laten.
1:25:37
	En nu?
1:25:42
	U staat alleen.
1:25:44
	Dat kan me niet schelen.
Dat is mijn goed recht.
1:25:50
	Daar hebt u gelijk in.
1:26:01
	Wat willen jullie van me?
Volgens mij is hij schuldig.
1:26:05
	- We willen uw argumenten horen.
- Die hebt u al gehoord.
1:26:09
	We zijn niet overtuigd.
Geef ze nog maar een keer.
1:26:14
	We hebben geen haast.
1:26:21
	Alles wat we tijdens het proces gehoord
hebben, wijst erop dat hij schuldig is.
1:26:27
	Denken jullie soms dat ik gek ben?
1:26:31
	Neem die onderbuurman,
die alles gehoord heeft.
1:26:38
	Of wat ze zeiden over dat mes.
Wat geeft het dat er meer van zijn?
1:26:42
	Die onderbuurman heeft hem
de trap af zien rennen.
1:26:45
	Wat maakt het nu uit
hoeveel seconden het precies was?
1:26:49
	En dat mes dat zogenaamd
uit zijn zak was gevallen.
1:26:55
	U kunt niet bewijzen
dat hij niet op tijd bij de deur was.
1:26:59
	Hoe u het hier ook probeert na te doen,
u kunt het niet bewijzen.