:04:02
Heb je m'n gedicht ontvangen?
- Welk gedicht?
:04:14
Papa, dit is...
- Ik ken Mr Harris wel.
:04:17
Het blijkt dat uw kamers
al gereserveerd waren.
:04:22
We kunnen u de suite op de tweede
etage aanbieden. Die is veel groter.
:04:28
We zitten hier goed, jongeman.
:04:31
Ja, maar de manager heeft het
me gevraagd. Kan ik iets doen om...
:04:38
Je kunt wel iets voor me doen, ja.
:04:41
Je kunt me vertellen of dit gedicht
voor m'n dochter van jou is.
:04:48
Ik hou van uw dochter.
Ik wil met haar trouwen.
:05:06
Dat zal niet gaan. Onze manier
van leven verschilt te sterk.
:05:11
Ik wil geen baliemedewerker blijven.
Ik wil veehandelaar worden.
:05:16
Daar kun je schatrijk mee worden.
- Geld is niet zaligmakend.
:05:22
Maria, we gaan naar huis.
Ga maar vast pakken.
:05:27
Wil je de rekening
even boven laten brengen?
:05:34
Tot ziens, jongeman.
:05:38
En denk maar niet dat de liefde wel
een weg zal vinden. Ik ken alle wegen.
:05:53
Hij komt er aan.