Blue Hawaii
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:20:01
Hij moet sneI
naar huis komen.

:20:03
AIs hij niet aan mij denkt, moet
ie toch minstens aan haar denken.

:20:06
Ik Iaat 't aan jou over.
:20:08
VaarweI, MaiIe.
- Dag, mr. Gates.

:20:28
Hoi, O'Hara. Moet je niet naar judo?
- Een man moet ook eten.

:20:33
Heb je ketchup bij je?
:20:35
Nee, ik heb weI Iippenstift.
DezeIfde kIeur.

:20:37
Daar wordt je dik van.
Ik ben op dieet.

:20:43
Waar is Chad?
- Terug in zee.

:20:45
Het is geen surfweer,
maar hij is druk aan 't zwemmen.

:20:49
Hij spoeIt zo aan.
:21:16
Het werd tijd.
- Ik ben op tijd vertrokken.

:21:20
De jongens geven 'n 'Iuau' op de
vIerk. Ik zei dat we kwamen.

:21:23
Ik kan niet.
Er is 'n famiIiefeest in HaIeiwa.

:21:26
Bij je oma?
- Het is haar 78ste verjaardag.

:21:29
Dat moet gevierd worden.
Ben ik uitgenodigd?

:21:32
Je bent toch ondergedoken?
- Niet voor jouw famiIie.

:21:35
Voor die van jou ook niet.
Je vader is Iangsgeweest vandaag.

:21:40
Hij weet dat je terug bent.
:21:43
Je zuIt toch naar huis moeten.
- Waarom?

:21:45
Je kunt niet eeuwig
op je surfpIank bIijven Iiggen.

:21:48
Toch weI. VoIgens de wet moeten
ze me mijn oude baan teruggeven.

:21:53
En dit is mijn oude baan.
- ZoaIs ik aI zei Yankee, ga terug!

:21:58
Wacht 's...
Hé wacht. Ik krijg je nog weI!


vorige.
volgende.