Cleopatra
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:39:05
U zou m'n wachters vaker moeten
aanvallen. De strijd doet u goed.

:39:09
U bent elke keer
dat ik u zie weer mooier.

:39:13
En u wordt steeds brutaler.
:39:16
We hebben het heel erg druk.
-Ruikt u een rooklucht?

:39:22
We moesten de Egyptische
vloot in brand steken.

:39:25
Die ligt volgens mij in het water.
Waarom staat de stad dan in brand?

:39:30
Er zijn brandende masten op straat
gevallen. Een paar huizen. . .

:39:34
En een daarvan is de grote
bibliotheek van Alexandrië.

:39:37
Dat heb ik gehoord.
Ik vind het heel erg.

:39:40
Als u geen bezwaar hebt. . .
-Dat heb ik wel. Blust u de brand?

:39:45
We willen gevangenen inzetten.
-Jullie steken alleen een brand aan?

:39:52
Heb je even je speelgoed laten liggen
om de volwassenen lastig te vallen?

:39:57
Zullen we haar voor u verwijderen?
:39:59
Gebruik die Romeinse genialiteit
maar voor vernietiging.

:40:05
Hoe durven jullie barbaren mijn
bibliotheek in brand te steken?

:40:10
Speelt u maar de grote overwinnaar.
:40:13
Verkracht en vermoord
maar miljoenen mensen.

:40:18
Maar u hebt niet het recht om één
menselijke gedachte te vernietigen.

:40:24
Zo is het wel genoeg.
Laat me met haar alleen.

:40:30
Ik zal jullie dadelijk
laten terugroepen.

:40:38
Zwaarden? Speren? Of gaat u
mij ook in brand steken?

:40:43
Het wordt tijd
dat wij elkaar begrijpen.

:40:47
Wat ik in uw ogen ook mag zijn,
in de eerste plaats ben ik Caesar.

:40:50
En ik ben Cleopatra,
koningin, dochter van Isis.

:40:53
Ik ben degene die uitmaakt
wat u bent. . .

:40:59
en u bent niets meer dan dat.
-Heil, Caesar.


vorige.
volgende.