:30:02
	Doe dat dan niet.
:30:08
	Dat doe je nou elke keer.
:30:11
	Da's mijn bedoeling niet.
Je thee, Tita.
:30:14
	Bedankt.
:30:15
	-Zet 'm daar niet.
-Waarom niet?
:30:19
	Dit is een bijzondere CB-275.
:30:24
	Echt?
:30:26
	Het heeft absoluut geen
ongewenste eigenaardigheden.
:30:37
	Robert, ik moet eens ernstig
met je spreken.
:30:40
	Woont iedereen nog
op het eiland?
:30:45
	Momenteel zijn
enkel papa, Carl en ik er...
:30:49
	...en Van Oost.
:30:51
	-Wie is Van Oost?
-Catherine.
:30:53
	Ze is pianiste. Ze werkt met Carl.
:30:56
	Carl is violist.
Geeft hij nu pianoles?
:30:59
	Elf maanden geleden...
:31:01
	...reed hij met zijn fiets
naar het postkantoor.
:31:05
	Hij reed recht op een jeep
en verstuikte zijn nek.
:31:10
	Verstuikte zijn nek?
:31:12
	Da's niet grappig.
Hij verstuikte hem voorgoed.
:31:15
	Het is te pijnlijk geworden
om de viool vast te klemmen.
:31:20
	Hij rijdt op een jeep
en verknoeit zijn nek.
:31:27
	Robert?
:31:31
	Ik moet je zeggen...
:31:35
	Papa is erg ziek.
:31:42
	Wat is...?
:31:45
	-Wat?
-Hij heeft twee beroertes gekregen.
:31:54
	Hij is niet...
:31:58
	Ze denken dat hij
niet meer geneest.