Arthur
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:22:00
Ik ken haar. We waren
aan het winkelen.

:22:02
Waar was je?
:22:03
Sorry, ik werd opgehouden.
:22:05
U kent haar, Mr. Bach?
:22:06
Dat zei hij toch net?
Wat ben jij voor zak?

:22:10
Zij zou een das uitzoeken.
:22:11
Op mijn rekening.
:22:13
- Heb je hem niet betaald?
- Vergeten. Sorry.

:22:17
Chester, wat kan ik zeggen?
Ik wist van niets.

:22:21
Mag ik de das zien?
:22:28
O, wat is die beeldig!
:22:31
- Naar je zin?
- Je bent geweldig.

:22:38
Niet hier, liefje.
Iedereen kijkt.

:22:40
Wie weet wat ze denken.
:22:41
Mr. Bach, ik doe alleen mijn werk.
:22:44
Laat u dit op mijn rekening zetten?
:22:48
Komt in orde, Mr. Bach.
Dank u wel.

:23:00
Was je bang?
:23:08
Waarom lach je zo naar me?
:23:12
Ik snap het.
:23:13
Je bent een beetje een rare...
:23:15
...maar wel erg leuk.
Hoe gaat het?

:23:18
Tot ziens en bedankt.
Ik moet de bus halen.

:23:24
Waarom pikte je die das?
:23:26
Ik weet het niet.
:23:28
Ik ben een heel goed mens!
:23:30
Ik meen het.
:23:32
Ik ben er zo.
Hij maakt me nerveus.

:23:38
Lach niet zo naar me!
:23:40
Je lijkt wel het hulpje
van de kerstman.

:23:44
Hoort hij bij ons?
:23:45
Ik ben Arthur en dit is Mr. Hobson.
:23:48
Goedemiddag.
:23:51
Goedemiddag?
:23:54
Mijn naam is Linda.
:23:56
Bedankt. Dat was erg aardig van je.

vorige.
volgende.