To Be or Not to Be
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:19:06
Hij had al moeten doorslaan.
- Geduld.

1:19:09
Hij moet nadenken. Dit is
de intellectuele aanpak.

1:19:13
En als hij geen intellectueel is?
- Dan breken zij al z'n botten.

1:19:18
Kolonel, ik wilde een praatje maken
met uw vriend hier binnen.

1:19:23
Hij lijkt me een beetje dood.
- Nee toch. Laten we gaan kijken.

1:19:37
U hebt gelijk, professor.
Hij is inderdaad dood.

1:19:41
En vindt u ook niet
dat hij op u lijkt?

1:19:44
Hij is m'n dode dubbelganger.
- Of vice versa.

1:19:48
Een van ons is dus een bedrieger.
- Dat is duidelijk.

1:19:52
Het ziet er slecht voor me uit.
- Nogal.

1:19:55
Kent u hem al lang?
- Nee.

1:19:57
Dat liegt u. Zo'n baard laten groeien
duurt maanden.

1:20:01
Heel goed, Schultz.
1:20:03
Ja, alleen draag ik misschien wel
een valse baard.

1:20:08
Ja ja, een slimme spion als u met een
valse baard. Ik weet iets leukers.

1:20:14
Misschien heeft hij wel
een valse baard. Trek er maar aan.

1:20:19
Goed dan.
1:20:23
Ik kan het niet.
- Te gevoelig?

1:20:25
Je kunt iemand wel vermoorden,
maar niet aan z'n baard trekken.

1:20:31
Goed gedaan, kolonel. Wat zal
de Führer dit kostelijk vinden.

1:20:36
Schultz, hoe kun je dit doen?
- U hebt het me opgedragen.

1:20:40
Je verantwoordelijkheid afschuiven,
hè. Dat doe je altijd.

1:20:45
Maar kolonel...
- Eruit, allemaal.

1:20:48
Professor, hoe kan ik me
verontschuldigen?

1:20:52
Hoe kan ik dit goedmaken?
1:20:55
Ik weet wel iets.
- Zegt u het maar.

1:20:58
Mrs Bronski moet optreden, het zou
mooi zijn als haar kleder vrijkwam.


vorige.
volgende.