1:02:00
Wat kan ik doen ?
- Jij hoort in deze stad.
1:02:04
Als oorlogsheld heb je ergens recht op.
1:02:09
Compagnons, bedoel je ?
- Eerst lopen, dan rennen.
1:02:14
Je kan bij de kassa beginnen.
1:02:17
En dan kan je je opwerken
tot bedrijfsleider, net als je pa.
1:02:23
Ik krijg 1700 per maand.
Ik kijk nog even rond.
1:02:28
Dat is 'n aalmoes.
- Aalmoes ?
1:02:31
Je moet die oorlog van je af zetten.
Vergeet die rolstoel.
1:02:38
Als de mensen horen
dat je uit Vietnam komt...
1:02:42
verandert hun hele houding.
1:02:45
Ik weet 't. Voor de mensen hier
is die oorlog ver van hun bed.
1:02:52
Wat hebben we daar te zoeken ?
We worden daar afgemaakt.
1:02:58
'We' ? Jij koos voor je studie.
1:03:04
Jij trapte in het 'Rode Gevaar'.
1:03:07
Finelli, jij, Walsh zouden 't even
'afhandelen'. Iedereen sneuvelde.
1:03:14
En waarvoor ? Voor leugens.
1:03:26
Ze betogen tegen ons.
Ze hebben geen respect.
1:03:32
Sufferds. Onze jongens sneuvelen
daar en 't laat ze koud.
1:03:38
't Is een godvergeten bende.
- Ronnie, niet vloeken aan tafel.
1:03:44
Maar je hebt gelijk.
1:03:46
Ze kraken alleen maar af
wat ik gedaan heb.
1:03:50
Ik heb huiswerk.
1:03:52
En de andere kant is kwaad
omdat we niet winnen.
1:03:56
Tommy, wat is er ?
Luistert er wel iemand ?