Home Alone
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:02:00
Montreal? Haar gezin is daar.
:02:02
Dan gaan we.
- Wanneer?

:02:04
Morgen.
- Nog niet gepakt zeker?

:02:07
Ik mag van oom Frank
de film niet zien...

:02:10
...maar de grote kinderen wel.
:02:11
Waarom ik niet?
:02:13
Ik ben aan de telefoon.
:02:15
Wanneer kom je terug?
Niet eerder?

:02:17
Het is niet eens voor 16 jaar of ouder.
Hij is gewoon een eikel.

:02:21
Kevin, als oom Frank nee zegt...
:02:24
...dan moet het wel een
hele erge film zijn.

:02:26
Nee, de hond gaat naar de kennel.
Hé, ga eens weg daar!

:02:29
Kevin, wegwezen.
:02:31
Hang maar op en
kom me maar halen.

:02:33
Dit joch.
:02:34
Heb je zo'n stroomadapter ding gepakt?
- Nee, had ik geen tijd voor.

:02:39
Hoe moet ik me in Frankrijk dan scheren?
- Laat een sikje staan.

:02:42
Pap, ik mag van niemand iets doen.
:02:44
Ik heb wat voor je.
Ruim al dat speelgoed maar op.

:02:49
Tante Leslie had bijna haar nek gebroken.
:02:51
Hij heeft weer met het
lijmpistool zitten spelen.

:02:53
Daar hadden we het toch over gehad?
:02:55
Heb ik de boel platgebrand?
Dacht het niet.

:02:58
Ik heb ornamenten gemaakt
van vishaakjes.

:03:01
Mijn nieuwe vishaakjes?
- Met oude vishaakjes lukt het niet...

:03:04
...met uitgedroogde wormresten eraan.
:03:08
Peter.
- Kom op, Kevin. Wegwezen.

:03:11
Hebben jullie een stroomadapter?
:03:13
Hier is een stroomadapter!
:03:15
Tjee, wat wordt jij zwaar!
Ga je koffer maar pakken.

:03:20
Koffer pakken?
:03:23
Waar is de shampoo?
- Ik woon hier niet.

:03:26
Zo veel mensen, maar nergens shampoo.
:03:28
Zijn je ouders thuis?
- Die wonen hier niet.

:03:30
Tracy, heb jij pizza besteld?
- Dat was Buzz.

:03:33
Zijn je ouders hier?
:03:35
Mijn ouders wonen in Parijs.
:03:39
Zijn je ouders thuis?
- Ja.

:03:40
Wonen ze hier?
- Nee.

:03:43
Waarom zouden ze ook?
Allemaal kinderen, geen ouders.

:03:46
Waarschijnlijk een chic weeshuis.
:03:48
Ik weet niet hoe ik een koffer moet inpakken.
Ik heb het nooit eerder gedaan.

:03:52
Jammer dan.
- Dat zei Megan ook al.

:03:54
Wat zei ik?
:03:55
Jammer dan.
:03:57
De sukkel jammerde over een koffer.
Wat had ik dan moeten zeggen?


vorige.
volgende.