Hook
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:44:02
U zegt?
:44:05
Dat meen je niet!
:44:08
Peter Pan heeft
last van hoogtevrees.

:44:13
Ik ben Peter Pan niet.
:44:15
Het komt goed.
Hou vol, zoon. Ik kom, liefje.

:44:19
-Help me een handje.
-Je hebt mijn hand al.

:44:31
Red ons, papa!
:44:33
" Red mij, papa!"
:44:36
We weten wie je bent.
Speel geen spelletje. Vlieg!

:44:40
Hou op met doen alsof!
:44:45
Vlieg! lk weet dat je het bent!
:44:52
Wees de Pan die je bent! Vlieg!
:44:55
Denk aan vrolijke dingen.
:44:57
Raak onze vingers aan,
dan kunnen we naar huis.

:45:01
Raak ze aan, dan is 't
alleen een nachtmerrie geweest!

:45:05
Rek je uit en raak ze aan!
:45:10
Beweeg je armen en vlieg!
:45:14
Rek je uit!
:45:16
Vooruit. Mama zou het kunnen.
:45:23
Waarom vliegt hij niet?
Hij is een valse Peter Pan.

:45:27
Hij is Peter Pan, kapitein.
:45:29
Maar hij is zo lang weggeweest
dat hij chiquer geworden is.

:45:34
Hij is alles vergeten.
:45:41
Geef het alsjeblieft niet op!
:45:56
Ik wil naar huis.

vorige.
volgende.