Blink
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:07:01
Maar helaas moet ik vandaag
weer aan 't werk.

1:07:26
Niet storen.
1:07:29
Inspecteur ?
1:07:36
Allejezus.
1:07:40
Ik kom er aan.
1:07:46
Er is weer iemand vermoord.
In Milwaukee.

1:07:56
Ga hier maar even zitten.
1:07:59
Hoe lang was ze al dood ?
- Wat moet zij hier ?

1:08:04
Een uur. Haar man trof haar aan.
Loop even mee.

1:08:10
Wat moet dat met die meid ?
1:08:13
Ik vind 'r leuk. Vind je 't erg ?
- Ja, want 't gaat om mijn baan.

1:08:17
Mitchell wil 'n ander team aanwijzen.
- Hij wil wat ?

1:08:21
En wie wil ie dan aanwijzen ?
Wij hebben alles nagetrokken.

1:08:27
We hebben bewijzen genoeg,
op een na.

1:08:30
We weten niet wie 't gedaan heeft.
Maar zij heeft 'm wel gezien.

1:08:35
Daarom blijf ik bij haar in de buurt.
Zij is de oplossing.

1:08:40
Voor de zaak of voor jou ?
1:08:47
Ik heb bloemen voor haar gekocht.
1:08:53
Ik heb bloemen voor haar gekocht.
1:08:57
Als jullie uitgezoend zijn,
kom dan even binnen.


vorige.
volgende.