While You Were Sleeping
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:20:02
Slaat dit wel ergens op ?
1:20:05
Nee, maar dat is normaal
na hoofdletsel.

1:20:08
M'n schoenen.
1:20:13
Wat zeiden ze ?
- Wie ?

1:20:15
De Callaghans. Zijn ze er ?
- Ze zijn net weg.

1:20:19
Hoe reageerden ze ?
- Ik heb het ze nog niet verteld.

1:20:22
Wat bedoel je ? En Peter ?
- Die weet ook nog van niks.

1:20:27
Je zou het regelen.
- Doe ik ook.

1:20:29
Noem je dit regelen ?
- Ja.

1:20:31
Je bent ontslagen.
- Ontslagen ?

1:20:45
De tweede.
- De vierde.

1:21:07
Ashley.
- Rotzak.

1:21:10
Ben je verloofd ?
1:21:12
Mag ik je er aan herinneren
dat je mij hebt gevraagd ?

1:21:17
We zijn uit elkaar.
- Nee, we namen even afstand.

1:21:22
Je verhuisde naar Portugal.
- Maar ik had niet gedacht...

1:21:25
dat je met de eerste de beste
del zou trouwen.

1:21:28
Lucy is geen del.
- Lucy ?

1:21:30
Welke Lucy ?
- Weet ik niet meer.

1:21:34
Leugenaar.
1:21:36
Geen idee dat ik haar vroeg.
Ik heb geheugenverlies na m'n coma.

1:21:40
Geheugenverlies ? Te gek hoor.
1:21:43
Goed dan, ik wil m'n spullen terug.
1:21:45
Goed, dan wil ik mijn spullen terug.
1:21:48
Welke spullen ?
- Je neus.

1:21:51
Je kunt me m'n neus niet afnemen.
- Ik heb hem betaald.

1:21:54
Voor deze heb je ook betaald.
1:21:57
Hou ze maar. Ik ben veranderd.

vorige.
volgende.