Jack Frost
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:10:02
- Word wakker.
- Ik liet m'n ogen even rusten.

:10:08
- Het leek net of je sliep. Nietwaar ?
- Het leek net of je sliep.

:10:14
Ik zat op jou te wachten.
:10:16
Ga maar weer slapen.
Ik wilde je gedag zeggen.

:10:19
Even een weerbericht: het sneeuwt.
:10:26
Mag het, mam ?
:10:31
Mag het, mam ?
:10:36
- Niet weer zo'n dikkop.
- Hij is geen dikkop.

:10:40
Hij is slim,
z'n hersens hebben ruimte nodig.

:10:43
- Wat nu ?
- Een neus.

:10:50
- Ik zei: Een neus.
- Ik dacht dat je "kleine reus" zei.

:11:01
Sjaal.
:11:05
Pap, geef je hoed 's.
:11:09
Perfect.
:11:11
- Hoe ziet hij eruit ?
- Hij lijkt wel op jou.

:11:14
- Maar dan leuker.
- Dat was een goeie, mam.

:11:20
- Echt waar ?
- Echt waar.

:11:24
- Nog leuker dan dit ?
- Als je het maar laat.

:11:27
Je bent er geweest.
:11:36
Je gooit als een meisje.
:11:40
Welkom thuis, Jack !
Ga nou slapen !

:11:48
Vanuit deze hoek ziet ze er tof uit
in die flanellen nachtjapon.


vorige.
volgende.