Rush Hour
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:49:00
We hebben 'm samen opgerookt!
- Jij kreeg meer. Doe me dit plezier.

:49:06
Je krijgt vijf minuten.
:49:10
Cobb, je broers zijn hier.
:49:19
Clive, alles kits, man?
:49:22
Jij hebt wel lef.
:49:24
Ik was in de buurt
en ben even binnengewipt.

:49:29
Wat wil je?
- Ik kom je een cadeautje brengen.

:49:32
Je hebt nu tijd zat, dus krijg je dit.
- Dat wil ik niet.

:49:36
Nee?
Je speelt hier toch graag mee?

:49:39
Helemaal niet.
Ik ken dat zelfs niet.

:49:42
Nooit aan iemand verkocht?
- Hoe dan? Ik ken het niet eens.

:49:46
Hou het eens vast.
- Wil ik niet.

:49:48
Kom er eens aan.
- Ik wil er niet aankomen.

:49:51
Ben je bang?
- Denk je echt dat ik dom ben?

:49:53
Je liet je toch oppakken.
- Je wilt m'n vingerafdrukken erop.

:49:57
Waarom zou ik? Denk je
dat ik je er weer wil bijlappen?

:50:00
Da's niet eens nodig. Jij krijgt levenslang
zodra ze weten dat jij dat meisje doodde.

:50:04
Ik weet niks over een meisje.
- Ik zal toch iets anders verspreiden.

:50:08
Kan me niet schelen. Ik weet niks.
- Ik heb een grote mond, hoor.

:50:13
Ik weet niks. Lik m'n dikke reet maar.
- Dat zou me de hele dag kosten.

:50:18
Wat wil jij? Een klap voor je donder?
Je zegt het maar, hoor.

:50:22
Ik wil een naam.
- Ik zeg niks.

:50:28
Ze is pas elf.
Ik wil niet dat ze doodgaat.

:50:32
Kijk naar de foto!
:50:34
Ik geef niet om hem, en niet om jou.
Maar wel om dat meisje.

:50:39
De naam.
:50:50
Hij heet Juntao.
Ik heb 'm nooit gezien.

:50:54
Waar kan ik 'm vinden?
- Restaurant Foo Chow. Chinatown.

:50:59
Een goeie raad: blijf uit die vent z'n buurt.
- Volgende keer breng ik koekjes mee!


vorige.
volgende.