1:18:00
Wel voor m'n neef.
-Echt?
1:18:03
Hij moest er 5 of 6 tegelijk dragen.
Maar het werkte wel.
1:18:07
Hoe is 't nu met hem?
-Hij is dood.
1:18:11
Dood?
-Maar niet door de pleisters.
1:18:14
Ze komt naar buiten.
-Begrepen.
1:18:17
Hoe is ie dan dood gegaan?
-Z'n vrouw schoot 'm dood.
1:18:19
Ze verlaat 't terrein.
1:18:23
Waar gaat zij heen?
-Misschien naar de buren.
1:18:27
Nee, die buren willen nu niet
met haar gezien worden.
1:18:30
Wat heeft ze in haar handen?
1:18:36
Ze lijkt naar 't busje toe te lopen.
1:18:46
Wat moeten we doen?
-Weet ik niet. Wat doen we?
1:18:49
Wat zou ze willen?
-'t Is jouw vriendin.
1:18:51
Ze nodigt je vast uit voor een
kinderfeestje. Zeg 'r gewoon gedag.
1:18:55
Ze wacht buiten het busje.
1:18:58
Willen jullie limonade?
Ik heb net gemaakt.
1:19:03
Wil jij limonade?
-Tuurlijk.
1:19:06
Dit is 'n nare situatie. Jullie doen
je werk. Ik heb niets tegen jullie...
1:19:13
maar ik wil jullie een gunst vragen.
-Je vraagt ons een gunst?
1:19:18
Iemand bedreigde m'n kind.
1:19:20
Die aanklacht trekt zoveel
aandacht van allerlei idioten.
1:19:26
Willen jullie goed uitkijken of
er iets ongewoons gebeurt?
1:19:30
Natuurlijk doen we dat.
-Dat zou ik echt waarderen.
1:19:34
Goed.
-Bedankt.
1:19:36
Bedankt voor de limonade.
-Graag gedaan.
1:19:46
Dit laat ik meteen analyseren.
1:19:52
Dus het was m'n verjaardag
en mijn ex hertrouwde.
1:19:58
Het was een goede dag, omdat ik
niet uit de afvalbak hoefde te eten.