:47:03
Kom hier.
:47:06
En waar ben jij de
hele nacht geweest?
:47:17
Dank je.
:47:19
Voor wat je gisteravond
hebt gedaan, bedoel ik.
:47:21
Dank je.
:47:27
Schuif op.
:47:38
Ik zal nooit meer drinken. Echt waar.
:47:40
Deze burrito smaakt zo lekker.
:47:42
Praat niet over voedsel.
:47:46
Wat ben je aan het doen?
- Ontspannen.
:48:02
Maak 'em wakker.
- Zeg, hij heeft de hele dag gereden.
:48:04
We kunnen hier niet blijven.
- We moeten hem gewoon laten slapen.
:48:08
Uh-hu.
- We laten 'em slapen.
:48:11
Lucy, pak z'n sleutels.
:48:14
Hij verbood ons om in
zijn auto te rijden. Ik doe het niet..
:48:17
Waarom niet? We gaan toch deze
auto niet in de prak rijden.
:48:20
Het is stom om hier te blijven.
Ik rijd.
:48:24
Pak zijn sleutels.
:48:25
Ja, pak zijn sleutels.
- Waarom moet ik zijn sleutels pakken?
:48:28
Omdat Kit en ik gestemd hebben
en jij hebt verloren.
:48:33
Pak de sleutels.
:48:35
Ja, Lucy, pak zijn sleutels.
:48:45
Dit is stelen.
- Het is geen stelen als hij in de auto zit.
:48:49
Nee, dat is ontvoering.
:48:59
Okee, stop.