1:13:03
	Wou je een coup plegen ?
Verkoop je ze aan de Serviërs ?
1:13:08
	Politie wapens.
1:13:12
	Dat komt uit de opslag.
Vertel op.
1:13:16
	Wat hebben jullie uitgespookt ?
Ingebroken ?
1:13:20
	Jullie zitten goed in de nesten.
- Kijk.
1:13:27
	Het wapen van Calvess.
1:13:33
	Dit is Mikes pistool.
1:13:42
	Hoe kom je aan het wapen een dode
agent ? Zeg op, hoe kom je daaraan ?
1:13:49
	Geefantwoord.
- Val dood. Ik weet er niets vanaf.
1:13:54
	Dit wapen is van een vermoorde agent.
Hoe kom je er aan ?
1:13:58
	Dat lag er niet. Dat ding lag er niet.
- Kop dicht.
1:14:02
	Wat moeten jullie er mee ?
- Gelul. Dat ding komt bij jullie vandaan.
1:14:08
	Jij hebt 't neergelegd.
- Ik ? Heb ik het neergelegd ?
1:14:11
	Kijk dan, dat ding zit onder het bloed.
Heb ik dat er soms ook op gesmeerd ?
1:14:18
	Kom op, man. Je weet...
- Luister.
1:14:21
	Vertel op, anders komen jullie
hier niet meer levend vandaan.
1:14:27
	Ik wil m'n advocaat spreken.
M'n advocaat.
1:14:30
	Die is er niet, eikel. Alleen jij en ik.
En ik geef nooit op.
1:14:37
	Je hebt dat ding zelf neergelegd.
- Kom op, geef me een reden. Kom op.
1:14:50
	Hij lag verdomme achterin.
Ik heb dat ding niet neergelegd.