:13:02
Ik heb veel geld nodig. Nu meteen.
:13:06
Hoeveel?
- Veel.
:13:08
Hoeveel?
- 70.
:13:10
17?
Nee, 70. Zeven-nul.
:13:14
Waarvoor?
- Voor m'n ouwe heer.
:13:17
Hij heeft schulden.
- Gokschulden?
:13:23
Hoeveel heb je?
- 38.
:13:26
Aan wie moet hij 't betalen?
- Aan een of andere Rus.
:13:32
Ik zou 'n nieuwe ouwe heer zoeken.
:13:35
Ik moet iets doen.
Ze vermoorden 'm.
:13:38
Waarschijnlijk wel, dus hou je erbuiten.
:13:44
Ik wil niemand pijn doen.
Ik ben niet gewelddadig.
:13:49
In het casino had ik alles
volledig in de hand.
:13:54
Blijf bij die mensen uit de buurt.
:13:57
Het is m'n vader.
Ik moet iets doen.
:14:03
Ik snap dat familiegedoe niet.
Het is 'n vicieuze cirkel.
:14:08
Jij lijkt op jouw vader en hij op de zijne.
:14:11
Ik vocht met mijn moeder,
dus nu ook met m'n zus.
:14:16
Weet je wat het ergste is?
Nog erger dan je familie? Je baan.
:14:22
Dat is me echt een raadsel.
Snap jij nou dat mensen dit pikken?
:14:28
Je werkt de hele dag,
doet wat anderen zeggen...
:14:32
...en dan kunnen ze je zomaar ontslaan.
:14:36
Wat deed je vader?
- Die was astronaut.
:14:40
Ga weg.
:14:42
Wegwezen.
Neem afscheid.
:14:45
Wat toevallig, zeg.
:14:47
Ik moet er zo vandoor.
- Het beste.
:14:50
Mag ik m'n wisselgeld?
:14:54
Welk wisselgeld?
- Van die 100 dollar.
:14:57
Welke 100 dollar?
- Ik heb u net betaald.