:53:07
Wat in godsnaam is dit?
Wat is het?
:53:11
Het liert, hijst, trekt, blokt
en takelt. Dat soort dingen.
:53:15
Weet je hoe ik het idee kreeg? Weet je
die grote dingen op Paas Eiland?
:53:19
Paas Eiland?
:53:22
Met dit toestel, kan ik dat paard
op elk object plaatsen
:53:27
Die truck is te hoog.
Je krijgt het paard er nooit in.
:53:29
Je lijkt wel een speciaal getrainde
super agent. Weet je dat?
:53:33
Waarom denk je dat ik jou heb gebeld?
Ik was zo kwaad.
:53:36
Ik was bijna je huis opnieuw binnen gegaan
en een paar borden kapot gooien.
:53:41
Blijf oppassen, oké, blijf oppassen.
:53:44
Ik moet even daarheen voor een minuut
of je krijgt je geld niet.
:53:48
Wil jij je geld?
- Ja.
:53:49
Doe dan het paard op mijn wagen.
Er is touw en zeil in de garage.
:53:53
Het paard op de wagen doen?
- Plaats het paard op de wagen.
:53:56
Touw.
- Ja, en ben stil.
:53:58
Het is simpel, oké?
:54:00
Oké? Ik ben zo terug.
- Ja.
:54:04
Hallo, Mr. Tim.
:54:05
Je kijkt heel vrolijk
voor dit tijdstip.
:54:08
We gaan naar boven, alsjeblieft.
Kom maar binnen.
:54:16
Ik was nog nooit in dit gedeelte.
:54:18
Ze oefenen voor het toernooi.
:54:26
Kom op.
:54:28
Ja.
:54:29
Wie is jou kindermeisje?
:54:40
Hé.
:54:41
Kom.
:54:45
Kom hier.
:54:48
Hier, kom maar.
:54:51
Je bent ongelooflijk, weet je dat?
Je bent een ongelooflijke vriend.
:54:56
Wat was dat?
- Ze bowlen hiernaast.