1:01:00
Nee.
1:01:01
Ik ga wel, zoon.
Blijf jij maar daar.
1:01:03
Bedankt, pap.
1:01:05
Dus, hier zijn we dan.
1:01:07
We doorkruisen jullie plannen
voor het avondeten toch niet?
1:01:11
Nee, we hebben geen plannen.
1:01:13
We kunnen ons niet opdringen.
1:01:15
We zijn hier nog maar net.
1:01:17
Wie was het, pap?
1:01:21
Doo-Dah.
1:01:22
Doo-Dah is mijn grootvader.
1:01:25
Hij zal ons verhalen vertellen...
- Ik wil hem ontmoeten.
1:01:27
over de 19de eeuw.
Ik weet dat je dat wilt.
1:01:30
Gewoonlijk laten we hem
niet buiten staan.
1:01:32
We laten hem gewoonlijk binnen, pap.
1:01:34
We moeten even praten, zoon.
- Oké.
1:01:36
Loop niet weg.
1:01:38
Hij zegt dat hij Doo-Dah's invaller is.
1:01:40
Hij is niet blank.
- Dat geeft niet, laat hem gewoon binnen.
1:01:43
Weten zij veel dat hij het niet is.
1:01:45
Ze kennen hem niet.
- Wil je dat ik hem binnen laat?
1:01:47
Goed.
- Alsjeblieft, Tom.
1:01:48
Dit is mijn grootvader, Doo-Dah.
Hier is hij dan.
1:01:54
Wie ben jij?
1:01:55
Ik ben Sauls invaller.
Ik kom jullie uit de nood helpen.
1:02:00
Is hij zwart?
- Ja.
1:02:05
Ik kan het niet.
1:02:07
We staan op het punt 350 binnen te halen.
Je gaat er nu niet tussenuit knijpen.
1:02:11
Doe wat ahornstroop op de ham.
1:02:29
Het spijt me.
Ik weet dat ik hier niet hoor te zijn.
1:02:32
Ik vertrek meteen.
Ik wil geen problemen veroorzaken.
1:02:35
Drew, luister.
- Ik zit wat in de knoei nu.
1:02:38
Wacht.
- Wat?
1:02:41
Ik ben teruggekomen
omdat ik me wilde verontschuldigen.
1:02:45
Ja, dat ding in het park
was nogal overdreven en onaangenaam,
1:02:48
maar dat ben jij.
1:02:50
Niet dat je zo bent.
1:02:52
Je pakt de dingen gewoon groots aan.
1:02:54
Ja, dat is zo.
1:02:56
En ik ben ontroerd.
1:02:59
Bedankt, het betekent...
- En jij bent ook bedankt.