:26:02
Ik ben blij dat je niet eerder
bent teruggekomen,
:26:06
want toen wist ik nog niet
:26:09
dat jouw cadeau voor mij
:26:13
vals is.
:26:16
Schatje, ik...
- Sorry, ik moet even...
:26:23
Ik wil gewoon even alleen zijn nu.
Het spijt me.
:26:31
We moeten dit doorzetten
als we haar willen helpen.
:26:35
Ik wacht hier op je, oké?
:26:38
De kinderarts heeft zijn dochter geholpen,
en nu heeft ze maat 8.
:26:42
Hoeft niet, pap. Heb jij dit nooit?
:26:46
We moeten op dezelfde golflengte zitten.
:26:49
Dat is het belangrijkste.
We moeten het met elkaar eens zijn,
:26:52
waarom is dat zo moeilijk?
- Ik wil even alleen zijn.
:27:03
Ze zit precies tussen twee maten in.
Ik heb erover nagedacht.
:27:07
Wat moet ik doen?
Haar ontkenningsgedrag bevorderen
:27:11
of haar aanzetten tot afvallen?
:27:16
Kan ik gaan?
:27:19
Ik breng je naar de bushalte.
:27:30
Ik had je moeten helpen met de deur.
:27:32
Ik wilde...
:27:35
Mijn moeder begreep haar baas niet.
:27:38
Hij leek net zo boos als zij
over wat Bernice was aangedaan,
:27:44
maar had niet ingegrepen.
:27:52
Ik heb bijna geen excuses meer
voor het gedrag van de vrouw des huizes.
:27:58
Bernice doet morgen eindexamen.
Dit kan ze er niet bij hebben.